zondag 17 augustus 2008

Het huilen van de agave

De indianen in de Amerikaanse woestijn vereerden agaves. Volgens hun bezat de agave een geest van een voorouder. Er waren indianen die beweerden dat ze een agave vanaf kilometers afstand konden ontdekken. Deze agaven bezaten de geest van een van hun eigen voorouders en ze werden geleid door die geest. Agaves slaan veel water op, als siroop. Soms begonnen de agaves te druppelen. Dit heette het huilen van de Agaves. De vooroudergeesten waren ongelukkig. De indianen gingen dan zingen en dansen om de vooroudergeesten te plezieren.


Ik kocht mijn agave toen ik uit huis ging. Ik fietste naar de Woningstichting, kreeg daar de sleutel van het huis en kocht in het tuincentrum vlakbij een agave. De agave was klein. tien centimeter in doorsnede, ongeveer. Ik kocht een enorme rode bak, zodat ze lekker kon groeien en een enorme zak kamerplantenaarde. Met de aarde en de plantenbak wiebelend onder de spin op de bagagedrager en de agave in een plastic tas van de plaatselijke supermarkt aan het stuur reed ik naar mijn nieuwe woonstee. Buiten stapte ik af, opende voorzichtig de tas met de agave en op de stoep voor mijn huis verpotte de plant in zijn nieuwe bak.


Met de agave in mijn armen liep ik naar binnen, zette hem op de betonnen vloer en nam de situatie op. Het huis was gigantisch. Met de agave zat ik, in lotus houding op de grond. Ik in mijn enorme betonnen kamer, en de agave in zijn enorme rode bak.

Na de agave kwamen de tweedehands bank, van mijn opa en oma, een ijzeren tafel met glazen tafelblad, van de tweedehands winkel, een IBM 386 met 14K4 modem en een kleine televisie, die altijd als je hem aanzette psychedelische kleuren voortoverde, tot je er een enorme klap op gaf.
ik kocht een mooie blauwe deken om de witte bloemen op de bank te verbergen, en installeerde de 386 op de dag dat mijn ouders mijn oude bed kwamen brengen. Het enige item uit mijn jeugd dat ik behield. In dit bed had ik vanaf mijn tiende geslapen, en wakker gelegen toen ik op mijn twaalfde bang werd in het donker, en weer in geslapen toen ik ontdekte dat ik de globe de nacht aan kon laten staan. Uiteindelijk smolt de globe midden in de great planes en op een nacht breidde dit gat zich uit tot Europa. Ik werd die ochtend wakker toen Polen Nigeria in sijpelde.

De agave vond deze nieuwe omgeving erg prettig en groeide gestaag tot zijn bladeren over de rand van zijn pot groeiden. Ik gaf haar op gezette tijden water en babbelde tegen de stekelige bladeren.

In de jaren negentig raakte ik in de zwarte periode. Ik luisterde naar Joy Division en verfde alle muren zwart. De agave keek het aan. Bomen doen alles rustig aan. Als je meer dan vierhonderd jaar kunt leven, heb je niet zo'n haast. Het stervensproces van de agave duurde dan ook een aantal jaren. Het begon ermee dat ze niet meer groeide. Er kwamen geen nieuwe bladeren meer aan. Het nieuwe blad bleef twee jaar lang gewoon rechtop en opgevouwen. De andere bladeren krulden zich langzaam op. De agave ging in zijn ruststand, wachtte af tot betere tijden zich aandienden. Zomaar plotseling, begon de agave te huilen. Een dag lang drupten van zijn bladeren zoetige plakkerige druppels op het zeil. Ik lag op de bank, lang haar in mijn gezicht en hoorde de druppels vallen. Tok. Tok. Tok. “Waarom ben je verdrietig?”, vroeg ik de agave. Maar die zei niets terug. En ik, had geen idee.

Met de agave in de bakfiets trap ik door de stad. Naast haar staat een grote rode plantenbak. Het is nog koud buiten, de dag is net begonnen. Een klein zonnetje maakt de wereld wakker. De agave past maar net in de bak van de bakfiets. Haar grootste bladeren steken uit. Ze voelen de verandering van de wereld en nemen die in zich op, om later te kunnen naslaan. Agaves hebben een enorm geheugen voor hun omgeving. Het vriendje en ik hadden het er wel over moeten hebben, want hij houdt niet zo van "cactussen". Maar de agave mocht in de tuin, en als het te erg ging vriezen, mocht ze wel even naar binnen.
Ik stop voor het nieuwe huis. De sleutel zit in mijn zak. Met moeite til ik de agave uit de fiets. Buiten op de stoep voor het huis verpot ik de agave in zijn nieuwe rode pot. Zij heeft weer de ruimte, om lekker te kunnen groeien. De deur van het huis gaat open en Joshua brengt een broodje met jam. Zijn mond zit rondom onder aardbeienjam, dus hij heeft eerst goed voor zichzelf gezorgd. Zijn vierjarige brein neemt de situatie in zich op.
"Wat is dat?", vraagt hij.
"Een agave", zeg ik. Ik kijk hem aan. Hij kijkt terug, recht in mijn ogen, voor het eerst sinds ik zijn vaders nieuwe “vriendje” ben.
"Ken jij het verhaal van het huilen van de agaves?", vraag ik. Hij schudt zijn hoofd. Ik ga in lotus houding zitten en vertel het hem.